Wij Nederlanders zijn er jarenlang van beticht een calvinistische levenshouding te hebben. Echte volgelingen van Calvijn. Geen opschik, vooral soberheid en zuinigheid, beperkt genieten van ons verdiende geld. En vooral geen opschik.
En waaruit zou dat dan blijken? In de zuidelijke, veelal roomse landen van Europa, maar zeker ook in België, was lekker eten en drinken altijd al heel belangrijk. Zelfs als men weinig geld had, stonden die twee zaken boven aan het lijstje.
Tegenwoordig is dat gelukkig in ons land wel veranderd. We hebben goede restaurants, de kookprogramma’s vliegen je om de oren. De kleine bierbrouwerijen schieten als paddenstoelen uit de grond en we hebben zelfs in enkele provincies voortreffelijke wijnbouwgebiedjes, die heerlijke wijnen maken.
Jaren geleden werd wijn in Nederland vooral gedronken als je vrienden ’s avonds thuis op bezoek kreeg, genuttigd met een blokje kaas of een zoutje. Tegenwoordig wordt steeds vaker, vooral in restaurants, wijn bij de maaltijd genuttigd.
Champagne dronken wij vooral met oud en nieuw. Om op het nieuwe jaar te klinken. Maar ook dat is veranderd. Al nemen wij hier ook vaak een wat betaalbaarder alternatief voor dit uitsluitend Franse product (champagne mag alleen champagne heten als het uit de champagnestreek komt) zoals blanquette, crémant, cava, prosecco of sekt.
Langzamerhand worden ‘bubbels’ steeds vaker ook bij andere feestelijkheden gedronken. En dan heb ik het niet alleen over de Grand Prix, waarbij ze het grootste gedeelte van dat heerlijke vocht er uit schudden.
Bijna elke slijterij heeft een keur aan mousserende wijnen. In Amsterdam is zelfs l’Atelier du Champagne waar ze uitsluitend champagne verkopen; van betaalbaar tot heel prijzig.
Zodra je meerdere flessen tegelijk gaat kopen, om een voorraad aan te leggen, als je daar de middelen voor hebt, komt er een ander probleem om de hoek kijken. Waar ga je die opslaan.
Zowel voor wijn als voor champagne moet de omgevingstemperatuur aan bepaalde voorwaarden voldoen. Liefst droog, maar vooral niet te hoge temperaturen.
Een goede vriend van ons die veel van lekker eten hield en ook wel een slokje lustte, sloeg de flessen op in de kelder van zijn huis. Die kelder was vochtig en bovendien stond de verwarmingsketel daar zodat de temperatuur sterk wisselde.
Toen zijn familie later de kelder opruimde en de flessen naar boven bracht (zowel dure wijnen als verschillende champagnes), waren nog maar een paar flessen bruikbaar.
Je zou een wijnkast aan kunnen schaffen. Dat is een goede oplossing omdat je de temperatuur daar in kunt stellen en die is constant. Er kan geen stof bij komen en geen licht. Maar aan een wijnkast hangt een prijskaartje en je moet er de ruimte voor hebben. Natuurlijk is dit een luxe probleem. Voor wie daar geen last van heeft, is er nu een andere oplossing.
In de champagnestreek, te weten in Epernay, hebben Karin Pohlmann (CEO en medeoprichter) en Christophe Levy (Directeur en medeoprichter) een geheel nieuw concept opgezet. U kunt nu in echte champagne grotten in Epernay een plek huren waar u uw prestigieuze wijnen en champagne kunt bewaren.
Wat moet ik daar nu mee, zult u zeggen, ik woon in Nederland, Engeland, Italië of ga zo maar door. Geen probleem: als u de flessen nodig heeft- en u geeft dat op tijd door- worden de flessen naar u verstuurd. Je kunt er al terecht voor een ‘mini Pop’ vanaf 48 flessen. Maar als u 168 dozen hebt, komt u in een ‘Midas cave’ terecht en bent u nog steeds van harte welkom.
Uw flessen worden met alle zorg omringd, net als in een goed hotel. In uw eigen ‘cave’ kunt u ook zelfs nog een glaasje drinken met uw gasten, natuurlijk vergezeld van een exquis stukje kaas en ham en worst.
En wat kost dat dan? Ja, daar gaan wij niet over. Daarvoor moet u bij ‘QV privée’ in Epernay zijn.
My Private Champagne Cellar | The most exclusive way to store your champagne and wine collection
Klinkt dit als een sprookje uit duizend en een nacht of niet?
AUTEUR: MONICA PENDERS, journaliste en schrijfster